De kunst van het vragen stellen | kunstenaar en trainer Sarai van de Boel | IJopener

FOTO’S: ANDRÉ BAKKER, BEUKERS EN SCHOLMA

Wie zijn leven eens flink wil opschudden en zich wil laven aan kunst en filosofie doet er goed aan het boek Ontsporen te verkennen. Bladeren door pagina’s vol kunstwerken, prikkelende vragen en opborrelende gedachten, samengebracht door kunstenaar en trainer Sarai van de Boel.

In Loods 6 op het KNSM-eiland is de studio van kunstenaar Sarai van de Boel (1969). In de hoge ruimte met uitzicht over het IJ creëert Van de Boel haar beeldende werken. Aan de wand hangt een levensgroot paard, in de kast staat een ingesnoerde chimpansee en op de vide een varken gewikkeld in plastic. Ze maakte de dieren ooit voor een expositie, maar gebruikt ze nu in de trainingen die ze geeft waarin de deelnemers leren wezenlijke vragen te stellen aan de hand van kunstwerken.

Met mensen uit het bedrijfsleven, van scholen en met andere kunstenaars gaat ze in gesprek over kunst en filosofie. Haar ervaringen bracht ze samen in Ontsporen dat dit jaar verscheen. Het boek is aantrekkelijk vormgegeven, staat boordevol foto’s van kunstwerken en heeft fijn, dik papier waar je aantekeningen op kunt krabbelen en naar hartenlust hoekjes in kan omvouwen. Geen stijf koffietafelboek dus, maar een inspiratie en werkboek. Want dat er van alles in je opkomt bij het lezen en bladeren staat vast en zorgt ervoor dat je als vanzelf gaat reflecteren op je leven.

Het boek kent acht sporen, maar de schrijver benadrukt dat je die kriskras en naar eigen goeddunken kunt volgen op een manier die bij jou en bij het moment past. Ontsporen of uit je vaste groef raken is zelfs de bedoeling. Denk daarbij aan thema’s als ‘verstoren en ontwaken’, ‘kiezen en springen’, ‘wortelen en rijpen’ of ‘groeien en bouwen’. Meer dan vijftig kunstwerken van onder anderen Marlene Dumas, Marinus Boezem, Wong Ping, Remy Jungerman, Kara Walker en Ann Demeulemeester passeren de revue. Van de Boel voorziet ze van uitdagende, prikkelende vragen die het kunstwerk belichten en de lezer aan het denken zetten en vanzelf uit een vast spoor laten rollen, wat best prettig is op zijn tijd.

Hoe zou jij je rijk gevarieerde boek samenvatten?

‘Kunst en filosofie zijn triggers om mensen te helpen fijnere, diepgaandere gesprekken te hebben. Om betekenisvol te communiceren. Omdat kunst filosofie produceert, is kunst zo bruikbaar. Kunst is gemaakt door mensen die bezig zijn met onderwerpen en zich daar vragen over hebben gesteld. Die liggen in het kunstwerk besloten. Als je een kunstwerk nauwkeurig bestudeert, nodigt het uit tot het stellen van vragen. Ik zet kunst in als middel. Ik geef mensen met het boek de mogelijkheid om zelf een filosofische benadering toe te passen, ook als ze niet naar een museum gaan.’

Wat is een voorbeeld van hoe een kunstwerk stimuleert tot een vraag?

‘In het boek beschrijf ik de essentie van een kunstwerk en stel er een filosofische vraag bij. Bij spoor 3, “uitzoomen en waarnemen”, heb ik bijvoorbeeld “The Pinocchio Effect” van Gert Scheerlinck opgenomen. De kunstenaar heeft de Pinokkio-pop met zijn neus door de muur geboord, maar hij heeft zo’n lange neus dat die er aan de andere kant weer uitkomt – daar zie je alleen een rood stompje. Het gaat in essentie over waarheid en leugens. Hij speelt daarmee. De vraag die je daarbij kunt stellen is: “Wat als Pinokkio stopt met liegen?”.’

Voor wie heb je dit boek gemaakt?

‘Het is voor organisaties die eens een andere benadering dan de louter rationele willen kiezen, voor het (kunst)onderwijs en voor mensen die geïnteresseerd zijn in kunst en filosofie.’

Het samenstellen is vast een flinke klus geweest. Wat is je missie met dit boek?

A hell of a job, ik ben er drie jaar mee bezig geweest, ook om alle rechten voor het beeld te regelen. Ik vind dat de wereld te vierkant wordt, en zou graag zien dat we wat ronder denken: de wereld van andere kanten te bekijken. Dat klinkt als een heel grote missie, maar dat kan ook in het klein. Meer openheid met elkaar en naar elkaar toe. Meer respect. Dat kan door goede vragen en gesprekken.’

Kun je een voorbeeld uit de praktijk geven?

‘Ik leidde een groep van 11- en 12-jarigen uit Amsterdam Noord, die nog nooit in een museum waren geweest, rond in het Stedelijk Museum langs kunstwerken van Marlene Dumas. Het ging over identiteit en hoe je jezelf kunt laten zien. Is het goede mooi en het slechte lelijk, vroeg ik aan een leerling bij een portret waarop Dumas Mohammed B. heeft afgebeeld. Nee, want mijn vader is heel lelijk, maar het is een heel goede man, reageerde een ander. Zo dwaalden we af van het werk en ontstond een gesprek over goed en kwaad.’

Waarom heb je het kunstwerk Ueno Zoo voor het boekomslag gekozen?

‘Ik heb maanden moeten wachten op toestemming van de Japanse ontwerper, maar ik wilde dit beeld omdat het zo krachtig is. Het gaat over leven. Er staat een dier op dat je met mensenogen intens aankijkt. Deze leeuw vond ik zo treffend, hij kijkt mij op zo’n manier aan dat ik wel moet terugkijken. Ik voel dat hij me eigenlijk iets vraagt. En daar gaat dit boek juist over: vragen stellen. Naast dit werk van Kazumasa Nagai zitten er een aantal andere Oosterse vormgevers in het boek; die raken mij vaak vanuit hun esthetiek en schoonheid en daarnaast is hun werk poëtisch en vol gevoel, omdat ze metaforen uit het leven en de natuur gebruiken, zoals zon en bergen.’

Je schrijft: ‘De essentie van een kunstwerk is altijd de inspiratie.’ Is dat de kracht van kunst?

‘Stel je kijkt met twee mensen naar een kunstwerk en het leidt tot een gesprek waar je helemaal niet meer over het kunstwerk praat, maar over iets anders filosofisch waar je samen over nadenkt, dan heeft dat kunstwerk iets heel moois gebracht.’

Wat is het kunstwerk dat jou de ogen opende?

‘Kunstenaar Otto Piene doorbrak conventies in de jaren vijftig. Met de ZERO-beweging wilden ze weer vanaf het nulpunt gaan kijken. Die benadering heeft mij de ogen geopend. Niet schilderen met een kwast en olieverf, maar met vuur, roet en verbrande olieverf. In het boek staat zijn “Venus von Willendorf”, een grote, diepzwarte cirkel met vage randen. Het zit in de vaste collectie van het Stedelijk en hangt vaak op zaal. In trainingen stel ik regelmatig de vraag of we met elkaar vanaf het nulpunt kunnen kijken, want we zitten zo vaak vast in het bestaande – ontsporen geeft een nieuwe blik.’

Ontsporen. Kunst en filosofie als trigger voor systeemverandering – Sarai van de Boel – Uitgeverij Lecturis – 234 pagina’s – € 35 (ook verkrijgbaar in het Engels