Schrijvers uit Oost in de schijnwerpers
In deze laatste aflevering van de Boekenhoek een terugblik op een aantal schrijvers die de afgelopen jaren de revue passeerden in interviews met IJopener (het magazine voor Amsterdam Oost en omstreken houdt op te bestaan). Volop inspiratie voor wie winterse leeshonger heeft.
Zolang als IJopener bestaat, besteedt de redactie aandacht aan boeken. Bij voorkeur van schrijvers die wonen in het verspreidingsgebied van het magazine. Keuze genoeg, want achter de gevels van Amsterdam-Oost wordt volop geschreven. De aandacht ging uit naar recent verschenen titels en varieerde van romans tot kinderboeken en van filosofie tot non-fictie. De gesprekken met de schrijvers leverden een inkijkje op in hoe zij te werk gaan en waarom ze juist dat boek schreven, en ze lichtten een tipje van de sluier op over de inhoud van het boek. De Boekenhoek als smaakmaker om u lekker te laten lezen. Op deze pagina’s een compilatie van soundbites, markante citaten, uit die gesprekken; de volledige interviews kunt u teruglezen op de website van IJopener, op Oost-online of op deze website onder het kopje Literatuur. De boeken vindt u in de boekhandels van Oost.
Fictie
Terug op de achterbank | Olivier Willemsen
‘Een paar jaar geleden reed ik met mijn ouders mee naar de Alpen om daar te gaan racefietsen. Het was enkel een lift; ik ging niet met ze op zomervakantie zoals de hoofdpersoon. Toch geneerde ik me een beetje dat ik met hen meereed. Uit dat gevoel gedurende die trip is het idee voor dit verhaal ontstaan. De transformatie van een volwassen man die meteen weer in een kind verandert en dat lijdzaam ondergaat, wilde ik uit zijn verband trekken en er heel veel humor in stoppen.’
De kapperszoon | Gerbrand Bakker
‘Het is gelukt om dit boek patsboem midden in Amsterdam te situeren. Eerder had ik altijd een rustige achtergrond nodig zonder trams en al te veel mensen. (…) Ik wil als mens dicht bij mijn eigen romans staan. Ik kan geen heel akelige boeken schrijven. Ik blijf het liefst bij mijn eigen rustige stijl en gevoel. Een boek moet in overeenstemming zijn met mijn aard, anders heeft het voor mij geen zin. Dan zou ik mezelf als mens geweld aan doen, waarom zou ik?’
De geur van een moeder | Lucia van den Brink
‘Schrijven is denken op papier en dingen onderzoeken in een veilige omgeving. Om stapje voor stapje vorm te geven aan wat je heel eng vindt of wat je pijn heeft gedaan. Maar dit verhaal is ook fictie; dat komt door de tatoeages. Ik wilde zichtbaar maken hoe je zoiets als verwaarlozing en mishandeling met je meedraagt. Ik was benieuwd hoe het eruit zou zien als je dat verleden letterlijk op je huid zou dragen.’
Non-fictie
Grensstreken | Milo van Bokkum
‘Voor mij zijn grenzen altijd interessant geweest. Op vakanties zoek ik altijd de grensstreek op. Een grens in het landschap zie je vaak niet, maar tegelijkertijd verandert op die plek alles. Er gaan andere wetten gelden, andere politiek, je komt vaak in een andere cultuur. Ik kan eindeloos naar kaarten kijken. Je komt van alles tegen. Dan ga ik uitzoeken hoe dat zo is gekomen. De verhalen achter het ontstaan van grenzen zijn betekenisvol, want een grens grijpt heel erg in de wereld in.’
De groef | Maartje Wortel
‘Voor mij is lopen in rondjes ideaal, als ik een route met nummertjes zou moeten lopen, wil ik daar zo snel mogelijk doorheen naar het eindpunt. Ik ben pas ontspannen als ‘het taakje’ dat voor mij ligt, volbracht is. Dat is een kwestie van temperament, denk ik. Je hoeft in het Oosterpark geen keuzes te maken om links- of rechtsaf te slaan, zoals in het Flevopark dat veel grilliger van vorm is. Daar raak je niet in een groef.’
In lichtjaren heeft niemand haast | Marjolijn van Heemstra
‘Het donker is de tijd dat je even stil bent, tot rust komt. Ik heb zoals veel mensen last van de haast en de stress en de druk van alles. Het feit dat we de nacht zo hebben weggeduwd zegt alles over onze mentaliteit en over onze manier van leven; alles moet lichter, sneller en productiever. Wanneer hebben we nog de overgang van werk naar rust? Het donker is een tijd van vertraging.’
Zelf doen | Niña Weijers
‘Als je schrijft heb je altijd een plek in je geest om naartoe te gaan. Dat is heel bevrijdend.’ Weijers vertelt dat idealiter leven, lezen en schrijven in elkaar overlopen. In haar mini-essays verbindt ze voorvallen uit het normale leven aan iets wat ze heeft gelezen. Of andersom zet literatuur haar aan het denken over haar eigen leven. ‘Die wisselwerking ontdek ik graag. Mijn stukken zijn een soort puzzel, waarbij ik dingen aan elkaar verbind die op het eerste gezicht niet meteen logisch een verband vormen.’
Filosofie
De toekomst van het sterven | Marli Huijer
‘Veel mensen zullen in de nabije toekomst vaker alleen zijn tijdens hun stervensproces. De reden daarvoor is dat we én steeds ouder worden én dat we dat in steeds grotere getale doen vanwege de vergrijzing. Er zullen relatief weinig jongeren zijn om ouderen te verzorgen, een probleem dat de overheid niet kan bijbenen. Als vuistregel geldt dat je in je laatste levensfase zo’n twaalf mensen om je heen nodig hebt om voor je te zorgen als je niet zelf meer in staat bent de dagelijkse dingen te doen.’
Ontsporen | Sarai van de Boel
‘Kunst en filosofie zijn triggers om mensen te helpen fijnere, diepgaandere gesprekken te hebben. Om betekenisvol te communiceren. Kunst is gemaakt door mensen die bezig zijn met onderwerpen en zich daar vragen over hebben gesteld. Die liggen in het kunstwerk besloten. Ik zet kunst in als middel. Ik geef mensen met het boek de mogelijkheid om zelf een filosofische benadering toe te passen, ook als ze niet naar een museum gaan.’
Kinderboek
Game on | Cis Meijer
‘Ik probeer dicht bij de belevingswereld van jongeren te komen. Ik probeer in hun hoofd te stappen en te bedenken wat ze meemaken en voor wat voor dilemma’s ze komen te staan. Vriendschap is bijvoorbeeld heel belangrijk. Ik kijk hoe ik dat kan toepassen in een verhaal op zo’n manier dat je daar heel erg spanning in krijgt. Tijd is daarbij een belangrijk element; de hoofdpersonages moeten iets oplossen voor het te laat is.’