Rubriek ‘Een dag uit het leven van’ Anne Geene | Museumtijdschrift

Van elke straat een plukje gras

Anne Geene (1983) maakt portretten van de natuur. Ze werkt daarbij van klein naar groot: van een enkel blaadje of een schelp met een gaatje naar complete verzamelingen. Zo ontdekt ze patronen. Geene selecteert, meet en rangschikt. Voor een tentoonstelling in het Kröller-Müller Museum vorig jaar maakte ze onder meer foto’s van alle bomen in de omgeving die een omtrek hebben van meer dan anderhalve meter. Bomen die Helene Kröller-Müller (1869-1939) destijds gezien kon hebben, was haar redenatie.

Geene is opgeleid als fotograaf, maar gebruikt fotografie voornamelijk als objectief middel. Als ‘kopieerapparaat van de werkelijkheid’, bijvoorbeeld om de driehonderd klavertjes vier die ze vond, vast te leggen en te tonen dat die allemaal anders zijn. “Het krijgt zo een soort waarheidsgehalte”, zegt ze. “Mijn werk gaat over de blik van de mens op de natuur. Hoe we alles onderzoeken, namen geven, in vakjes willen stoppen en beheersen. In mijn werk overdrijf ik die neiging tot categoriseren. Ik verklaar zelf een verzameling als compleet, vaak is dat gelimiteerd door tijd of een afbakening die ik zelf van tevoren heb vastgesteld. Het is daarmee een knipoog naar de wetenschap.”

Geene heeft een atelier in de DCR Broedplaats, een verzamelgebouw voor creatieven in Den Haag, gevestigd in het bakstenen jarendertigpand van een voormalige elektriciteitsfabriek aan het De Constant Rebecqueplein.

Wanneer gaat u naar uw atelier?

“Vrijwel elke dag, zelfs in het weekend, als ik geen andere afspraken heb. Ik ben geen ochtendmens, ik ben ’s ochtends thuis en vanaf het middaguur in het atelier.”

Weet u op voorhand waar u op een dag aan gaat werken?

“Wel als ik een deadline heb die ik moet halen. Bijvoorbeeld toen ik voor een expositie cyanotypieën van plukjes gras uit alle tweehonderd straten van Groningen aan het maken was. Op een dag kon ik twee sessies van negen plukjes doen, dus in zo’n periode weet ik heel goed wat me te doen staat. Maar soms zit ik ook gewoon een hele middag in mijn atelier een populair-wetenschappelijk boek te lezen of ben ik aan het rommelen. Maak ik dozen open waar ik al lang niet in heb gekeken. Als ik vastloop, kom ik vaak al lezend op nieuwe ideeën.”

Komt u in uw atelier in een bepaalde stemming?

“Thuis doe ik heel andere dingen, ga ik stofzuigen of iets anders aards. In mijn atelier ben ik altijd aan het werk en heb ik het gevoel dat ik nuttig bezig ben. Zelfs als ik me verveel, leidt dat vaak ergens toe. Bijvoorbeeld een gerangschikte en opgeprikte verzameling van alle dode vliegen die ik bij het raam gevonden heb.”

U sleept van alles uit de natuur naar binnen, lijkt het. Is uw atelier op een bepaalde manier ingedeeld?

“In tegenstelling tot in mijn werk, ben ik in het dagelijks leven slecht in ordening. Eigenlijk zou ik een inventarisatie moeten maken van alles wat hier is opgeborgen in dozen en mappen. Dat blijft staan, omdat ik voor nieuwe opdrachten meestal weer nieuw werk maak. Misschien bederven werken waar echte grasjes op zitten wel, maar ik ben niet zo bezig met conservering.”

Gaat u als u aan het werk bent tussendoor naar buiten?

“Soms om gras te plukken, maar meestal vind ik mijn materialen op andere momenten, bijvoorbeeld op weg naar de supermarkt of tijdens een avondwandeling. Vaak geldt: hoe normaler de plek, hoe beter. Maar ik neem alleen materialen mee met een doel, bijvoorbeeld omdat ze passen bij een van mijn verzamelingen. Die plak ik in kleine boekjes, die ik steeds aanvul. Dus meestal blijf ik de hele dag binnen in mijn atelier om alle gevonden materialen te verwerken met de scanner en op de computer.”

Het digitaliseren van zoiets als grote hoeveelheden losse grassprietjes is een behoorlijk monnikenwerk, hoe houdt u dat vol?

“Ik zet altijd podcasts op over wetenschap of cultuur, bijvoorbeeld The Infinite Monkey Cage, Boze Geesten Podcast of De Nieuwe Contrabas. Hoe dommer het werk, hoe beter ik kan luisteren, waarschijnlijk omdat wat ik dan doe niet moeilijk is, maar ik wel heel geconcentreerd bezig ben.”

Pauzeert u nooit?

“Alleen om iets te eten. En wat ik hier ook doe is broodbakken, ik tref althans de voorbereidingen daarvoor. Ik heb hier zuurdesem en andere ingrediënten staan. Tussen het werken door ga ik mengen en kneden en doe ik alle stapjes die nodig zijn. Het deeg kan rijzen, terwijl ik verder werk. In een kom neem ik het vervolgens mee naar huis en daar bak ik het brood. Ideaal toch?”

Wat gaat u laten zien dit voorjaar op de h3h biënnale in Oosterhout?

“Het thema van de biënnale is ‘geloof ’. Toen ik rondliep in het gebied De Heilige Driehoek, bedacht ik me dat alles wat daar groeit eigenlijk heilig is. Ik ga daar relikwieën van maken. Een triptiek gevuld met stuk voor stuk in epoxyhars gegoten grassprietjes. En ik experimenteer met het op sterk water zetten van een savooiekool uit de moestuin van de nonnen. Die exposeer ik aan het eind van een wat duistere kloostergang, in een verlicht aquarium.”

www.annegeene.nl

www.h3hbiennale.nl