Kunstenaars Polak en Van Bekkum tekenen graaspatronen van koeien: even simpel als ingenieus | Dagblad van het Noorden | Museumtijdschrift

‘Graaschoreografieën’, het woord alleen al spreekt tot de verbeelding. Het kunstenaarsduo Esther Polak en Ivar van Bekkum legde de graaspatronen van koeien vast in tekeningen die zijn geïnspireerd op gps-techniek. Het resultaat is een boek waarin de natuurgetrouwe aquarellen en de making-off-verhalen een verbinding aangaan met elkaar en met de lezer. Die ervaart de koe in de wei vanuit een invalshoek als nooit tevoren.

In de zomer van 2019 trekken Polak en Van Bekkum achtereenvolgens naar de glooiende hellingen van een alp in Zwitserland en naar een wei op het Groningse platteland. Ze gaan de graaspatronen van koeien vastleggen in de kunsthistorische traditie: en plein air en uit de losse pols met aquarelpotlood en tekenpapier, terwijl ze windvlagen en vliegen trotseren.

Het resultaat van deze onderneming hebben ze vervat in een deze maand verschenen boek met 48 blauwe en zwarte tekeningen met daarbij telkens een ter plaatse opgetekende belevenis. Ook de datum en het tijdstip waarop ze de koeien vastlegden staan vermeld en een overzicht van de gebruikte materialen per tekening maken het logboekidee compleet.

Geen koe te bekennen

In de Amsterdamse galerie Dudok De Groot hangen de originele tekeningen met de graaspatronen aan de wand. Op de grote witte vellen is geen koe te bekennen, maar wel de sporen die zij hebben nagelaten in de wei. Deze zijn minutieus gevolgd alsof de tekenaar uitgerust is met een robotarm.

Esther Polak vertelt hoe het in zijn werk ging: “We moesten hard werken om alle koeienbewegingen bij te houden. De een tekende en de ander besloot wanneer het klaar was, want het is moeilijk om tijdens het tekenen zelf de esthetiek in de gaten te houden.”

Ze ziet het nog voor zich: “De koeien komen op het tekenvel het beeld in lopen. Het ideale aantal koeien dat we volgden was vijf tot zeven, anders werd het lastig bijhouden voor ons. Soms is het graasspoor op de tekening onderbroken, omdat de koeien dan achter een natuurlijke ha-ha (heuveltje, red.) uit het zicht verdwenen. De stippen zijn liggende, herkauwende koeien.”

Tekening nr. 47

Ook over het weergeven van het richtingsverloop van het grazen hebben ze nagedacht: “Daarvoor hebben we een plantenspuit gebruikt waarmee we tijdens het tekenen het aquarelspoor besproeiden. Hoe meer sproeibeurten over de lijn zijn gegaan, hoe meer die erodeert. De beginlijnen laten geen pigmentvlekken van het water meer achter. Het uitgespoelde deel is daarmee herkenbaar als startpunt en aan de overzijde, waar meer kleurvlekken zijn, zie je dat de koeien van het papier zijn gelopen.”

‘Een weiland lijkt een tabula rasa’

“Een weiland lijkt een tabula rasa, een leeg schilderdoek waar je alles nog op kunt doen. Hoe verkent zo’n groepje koeien die ruimte? Hoe gaan ze daarmee om? Je ziet ze grazen, je ziet ze ergens staan, maar hoe organiseren ze zich ten opzichte van elkaar? Hoe maken ze zich de ruimte eigen? Je ontdekt dingen als je een paar uur gaat zitten kijken en tekenen.”

Daarom is bij elke tekening in het boek een ooggetuigenverslag van de bewegingen in de wei gemaakt.

Bij tekening 14: (…) ‘Van links naar rechts als in een schrift tekenende ik (op) wat ik vandaag zag en leerde hoe een groep zich voortbeweegt: één of enkele leiders nemen het voortouw en kiezen een richting of pad. De eerste die volgen doen dat vrij letterlijk en nemen al meer vrijheid: de lijn wordt kronkeliger. Daarna volgen de meest eigenzinnige figuren die alles lijken aan te grijpen om het spoor breder en meer als een uitgespreid netje (als een netkous) te laten lopen.’

Polak over haar aanpak: “Ik schreef steeds als een tekening klaar was en het water was opgedroogd, op de achterkant van het vel wat ik had beleefd en ervaren tijdens het tekenen. Ik begon nooit aan een volgende tekening voordat een verhaal klaar was, zodat ik de tekeningen niet door elkaar zou halen. Achteraf bleek dat het geheel van de tekeningen en verhalen een spanningsboog opleverde; vandaar ook de keuze om ze bij elkaar te houden en er een boek van te maken dat is vervaardigd als kunstwerk op zich.” 

‘Meer in de Mediamarkt dan in de kunstenaarswinkel’

Voor dit project is het duo met kunstenaarsmaterialen aan de slag gegaan, wat ze zelden doen: “We werkten voornamelijk digitaal met consumentenelektronica en kwamen voor gereedschap meer in de Mediamarkt dan in de kunstenaarswinkel.”

Voor de graaschoreografieën wilden de mediakunstenaars echter een relatie leggen met de kunstgeschiedenis. Polak trekt de parallel tussen de opkomst van de fotografie en de invloed destijds op de schilderkunst, met de opkomst van gps-visualisaties als gereedschap om de huidige werkelijkheid vast te leggen.

“Wij hebben ons sinds de opkomst van de gps-technologie in 2002 ondergedompeld in gps-denken en later in dronetechnologie. Technologie om sporen vast te leggen heeft ons altijd gefascineerd. We vinden het spannend hoe onze door gps beïnvloedde zienswijze uitpakt als we gewoon naast een weiland gaan zitten en analoog gaan tekenen. Ik heb van mezelf een slecht richtingsgevoel; ik had voor de komst van de mobiele telefoon zelfs in de stad een kompas bij me. We hadden de graaspatronen niet zo getekend als we die twintigjarige gps-ervaring niet hadden gehad.”   

Monomaan

Bij tekening 5: ‘Ik was gefrustreerd over de tekening die ik die morgen gemaakt had, vlak onder de alp, in de regen. (…) Ook was ik te lang doorgegaan.’

Polak lacht op de vraag of ze fanatiek is: “Ik ben wel monomaan als ik werk, ja. Ik heb één focus en moet dat dan ook echt doen. Ik sta er niet indifferent in. Werken in het veld is steeds een onderhandeling tussen stick to the plan of openstaan voor wat er gebeurt. Bij dit project had mijn partner Ivar de rol om ons aan het plan te houden. Hij zegt altijd: ‘Een plan maken en het dan maar gewoon uitvoeren’. De werkelijkheid kom je vanzelf wel tegen, maar als je je de hele tijd laat afleiden en overal spontaan op reageert, dan weet je niet hoe je plan zou uitpakken. Het mes waarmee je snijdt moet wel hard zijn.” 

Expositie Graaschoreografieën
1 juli t/m 29 augustus in Het MOW, Bellingwolde en in de etalage van Galerie
Dudok De Groot, Amsterdam 
Graaschoreografieën
/ Grazing Choreographies / Polak Van Bekkum / Uitgeverij Müller / 55 pagina’s  met uitvouwbare tekeningen / € 39,95 / 1e
druk juni 2021