Dichter bij Vermeer | Rijksmuseum curator Gregor Weber | Tableau magazine

Het Rijksmuseum brengt een recordaantal schilderijen van Vermeer vanuit de hele wereld bij elkaar. Curator Gregor Weber vertelt hoe in aanloop naar de omvangrijke tentoonstelling het meesterschap van de schilder verder is ontrafeld. ‘We komen steeds dichterbij.’

Johannes Vermeer, Nederlands meester-schilder uit de Gouden Eeuw, was veel in het nieuws de afgelopen maanden. Wereldwijd brachten musea onthullingen op basis van onderzoek van hun Vermeers. Zo toverden ze in Dresden een cupido tevoorschijn op Brieflezend meisje bij het venster, die in een latere tijd door iemand anders dan Vermeer bleek overgeschilderd. Meisje met de parel werd in het Mauritshuis door klimaatactivisten besmeurd met rode verf, wat de schijnwerper zette op het zo kostbare goed. Want er zijn slechts 37 schilderijen over die aan Vermeer worden toegeschreven. Het Rijksmuseum brengt er dit voorjaar 28 bij elkaar in Amsterdam – minstens want tot het laatste moment probeert het museum er nog een of twee bij te krijgen. Nooit eerder waren zoveel Vermeers bij elkaar te zien en zeven schilderijen worden voor het eerst in Nederland getoond.

Johannes Vermeer woonde en werkte in Delft. Hij werd niet oud; hij leefde van 1632 tot 1675 en liet elf kinderen na. Zijn oeuvre is relatief klein en wordt geschat op zo’n veertig of vijftig werken. Hij geldt als een van de grootste schilders uit de Gouden Eeuw, vanwege zijn kleurgebruik en de manier waarop hij het licht weet te vangen. Zijn veelal huiselijke tafereeltjes vertellen intieme verhalen die vierhonderd jaar later wereldwijd nog altijd zeer geliefd zijn.

Omvangrijke bruiklenen

Rijksmuseum curator Gregor Weber (1956) vertelt aan de vooravond van de tentoonstelling dat hij sinds zijn vijftiende een bewonderaar is van Vermeer en onderzoek doet naar de schilder. ‘Deze tentoonstelling is de kroon op mijn werk en daarna ga ik met pensioen’, lacht Weber. ‘Het is tijd dat een nieuwe generatie kennis maakt met Vermeer. De laatste monografische tentoonstelling was in 1996 in het Mauritshuis met 22 werken, het Rijksmuseum kan nu 28 schilderijen laten zien. Het gaat niet alleen om de hoeveelheid, maar ook om wat je daarmee kunt doen. De verhalen die we daardoor kunnen vertellen over Vermeer.’

De topstukken worden niet vaak uitgeleend. Hoe heeft het Rijksmuseum zoveel Vermeers in bruikleen kunnen krijgen? ‘De Frick Collection in New York is aan het verbouwen. Dat bood een unieke kans om hun drie Vermeers die nooit uitgeleend worden, in bruikleen te krijgen. Samen met die van het Mauritshuis en het Rijksmuseum hadden we zo een startpunt van tien schilderijen. Vandaaruit zijn we verder gaan bouwen met partners waar we goede relaties mee hebben, zoals de National Gallery of Art in Washington en The National Gallery in Londen die respectievelijk vier en twee Vermeers hebben. Dan komen er nog twee uit Dresden van de Gemäldegalerie Alte Meister, en zo ging het verder totdat we vier vijfde bij elkaar hadden. Een aantal Vermeers is te fragiel om te mogen reizen en Het concert uit Boston is in 1990 gestolen en nog altijd spoorloos’, vertelt Weber. Het Meisje met de parel gaat eind maart terug naar Den Haag, zodat het icoon op zijn plek hangt tijdens het hoogseizoen van de bloembollen.

Snelle schilder

In aanloop naar de tentoonstelling is technisch onderzoek gedaan op de schilderijen van Vermeer. Weber: ‘Bij topschilders als Vermeer moet je doorlopend onderzoek doen, maar als een tentoonstelling als deze aan de horizon verschijnt, werkt dat als een katalysator en wordt het onderzoek geïntensiveerd. Door Operatie Nachtwacht heeft het Rijksmuseum veel nieuwe technieken in huis. We gebruiken niet alleen röntgen en infraroodscans, maar ook XRF-scans. De apparatuur tast de werken niet aan. De variërende dieptes van de lichtstralen onthullen de verschillende verflagen en maken duidelijk wanneer die zijn aangebracht. Door analyse van de terugkaatsingen kunnen we nagaan welke scheikundige elementen erin zitten. En daarmee welke pigmenten Vermeer gebruikt heeft en op welke plekken.’

Kijkend naar Vermeers interieurs lijkt het alsof hij de kamer kwam binnenlopen met een camera in de hand en precies op het juiste moment afdrukte toen de vrouw de brief las en het meisje de melk uit haar kan schonk. Maar niets is minder waar blijkt uit het nieuwe onderzoek: Vermeer paste zijn composities tijdens het schilderen aan. Bij Het melkmeisje waren op de achtergrond eerst een kannenrek en vuurmand te zien, die Vermeer later besloot over te schilderen. Wat geeft dat voor nieuw inzicht in zijn manier van schilderen? Weber: ‘We ontdekten dat onder Het melkmeisje en een aantal andere schilderijen een tamelijk losse onderschildering van zwarte of donkergrijze kwaststreken zit waarmee hij de compositie aangeeft. Dat verwacht je niet bij iemand die zo’n verfijnd schilder is. Voor mij was het verrassend dat zijn stilistiek breder is dan de buitenkant die je ziet. Het maakt ook duidelijk dat hij toch geen langzame schilder was, wat we eerst dachten. Het technisch onderzoek leert ons dat hij over de schets heen de lagen tamelijk vlug opwerkte. Toch maakte hij maar ongeveer twee schilderijen per jaar, dus misschien dacht hij er lang over na?’

Invloed jezuïeten

In 2025 komt een boek uit met alle resultaten van het technische onderzoek, want dat loopt nog door tijdens de tentoonstelling, als alle stukken in Amsterdam zijn. Het kunstenaarschap van Vermeer wordt niet alleen technisch verder ontrafeld, maar ook in voortdurend kunsthistorisch onderzoek. ‘De waardering voor Vermeer zie je terug in het aantal publicaties dat jaarlijks over hem verschijnt. Er is toch steeds de behoefte nieuwe nuances over hem en zijn werk toe te voegen.’

Daarnaast wordt ook meer duidelijk over het leven van Vermeer, bijvoorbeeld dat zijn woonhuis misschien net een ander huis aan de Oude Langendijk was dan tot nu toe gedacht. Weber zelf onderzocht de invloed van religie op Vermeers leven en werk en doet verslag in zijn nieuwe boek Geloof, licht en reflectie. Een voorproefje: ‘Vermeer was gereformeerd gedoopt, maar huwde in een katholieke familie. Een belangrijk gegeven in een tijd van religieuze conflicten. De buurt in Delft waar hij leefde was de zogenoemde Papenhoek. Vlak naast zijn woonhuis was de jezuïetenstatie waar achter de façade een huiskerk voor zevenhonderd mensen was verborgen. Zijn compositie Allegorie van het Katholieke geloof is beïnvloed door jezuïtische denkbeelden. Vermeer doopte zijn kinderen met namen van katholieke en jezuïtische heiligen en dat betekende veel in die tijd.’

‘De tentoonstelling en de catalogus vormen ‘een huis van Vermeer’ waarin alles samen komt: onderzoeksresultaten, publicaties en wetenswaardigheden’, vat Weber samen, ‘en tegelijk vormt de tentoonstelling een springplank voor nieuw onderzoek. Hoe meer je weet hoe meer nieuwe vragen ontstaan.

Spel tussen introvert en extravert

De 28 werken van Vermeer hangen verspreid over de negen zalen van de Philipsvleugel. Ondanks het feit dat sommige doeken klein zijn, krijgt het publiek een ruim opgezette ervaring. ‘We hebben niet gekozen voor een chronologische indeling zoals destijds in het Mauritshuis, maar voor een indeling in diepere concepten die we vinden bij Vermeer. Zoals het spel tussen introverte – en extraverte stukken. Bij De kantwerkster die verzonken is in haar werk, kijk je mee over haar schouder, net als bij De vrouw met de brief. Beide werken zijn heel introvert. Daar staat tegenover het Meisje met de parel, dat naar jou kijkt als toeschouwer. Vermeer is heel slim in het afsluiten of juist overschrijden van de grens met de kijker. Dat laten we in samenhang zien. Ik wil graag dat de bezoeker meer leert van zijn kunst en dichter bij zijn denken komt. Misschien kom je wel nooit meer zo dichtbij. De kans om zoveel stukken bij elkaar te zien, zal in ieder geval de komende dertig tot zestig jaar niet meer voorkomen. ‘Once in a lifetime’ is een beetje een marketingkreet, maar het is echt zo’, vindt Weber.

Vermeer – Rijksmuseum • 10 februari t/m 4 juni 2023, rijksmuseum.nl • Museum Prinsenhof Delft organiseert in dezelfde periode de tentoonstelling ‘Het Delft van Vermeer’ prinsenhof-delft.nl