17e-eeuwse landschappen op doek en plateel | Royal Delft Museum | Tableau magazine

Kijk en vergelijk. Dat is het idee achter de nieuwe expositie van Royal Delft Museum dat landschapskunst van schilder Van Ruisdael naast werk van keramiekkunstenaar Van Frytom laat zien.

Delfts aardewerk is sinds de vier eeuwen dat het wordt vervaardigd niet alleen een gewild exportproduct, maar ook doorgesijpeld in de haarvaten van de Nederlandse cultuur. In menig huishouden is wel een Delfts blauw bord, klompje, molentje of grachtenhuisje te vinden. Ook het koningshuis serveert zijn gasten diners op servies gemaakt door Royal Delft en op staatbezoeken is de befaamde piramidetulpenvaas een gewaardeerd geschenk. Naast het traditionele Delfts aardewerk vinden ook moderne Delfts blauwe collecties als die van Schiffmacher en Nijntje gretig aftrek in binnen- en buitenland.

Al dit Delfts blauw wordt nog steeds met de hand vervaardigd, volgens een procedé dat niet heel anders verloopt dan vier eeuwen geleden. Bij Royal Delft Museum – in de volksmond nog altijd bekend als De Porceleyne Fles – kun je als bezoeker een kijkje nemen in de fabriek. Alle stappen van het ambacht zijn van dichtbij te volgen: maken van de mal, gieten van de klei, bakken en natuurlijk het met de hand beschilderen en glazuren. Verrassend is dat de decoraties in zwart aangebracht worden, pas in de oven ontstaat de kenmerkende blauwe kleur.

Royal Delft Museum heeft sinds kort een museale status en de aardewerken collectie die ooit begonnen is met een schenking van Koning Willem III, is nu ook te bezoeken met een Museumkaart. Directeur Jolanda van den Berg (1968) vertelde in de vorige editie van Tableau al over de uitbreidingsplannen. De grote verbouwing waarbij onder meer de oude opslagplaatsen zijn getransformeerd naar een tentoonstellingsruimte, is inmiddels gereed.

Van den Berg: ‘De mogelijkheid om wisselende exposities te kunnen organiseren is heel belangrijk voor ons. Dat maakt ons museum aantrekkelijk voor een herhaalbezoek van met name Nederlandse bezoekers. We willen in de toekomst groeien naar 200.000 bezoekers per jaar. De bijdrage van de John en Marine Van Vlissingen Art Foundation in het realiseren van de tentoonstellingsruimte is een impuls die we daarvoor nodig hadden. Delfts aardewerk wordt gezien als belangrijk cultureel erfgoed dat behouden moet blijven, maar we moeten onze eigen broek ophouden zonder overheidssubsidies. Alle andere plateelbakkerijen zijn in de loop van de eeuwen gesneuveld, maar wij hebben een missie voor de lange termijn.’

Terug naar de oorsprong

Van 8 november tot 15 maart vindt de eerste tentoonstelling in de nieuwe expositieruimte plaats: ‘Van Ruisdael tot Frytom, 17e-eeuwse kunst of ambacht?’. Waarom juist deze tentoonstelling als aftrap? Van den Berg: ‘Het doel is de ontstaansgeschiedenis en identiteit van Royal Delft nogmaals te bevestigen. We bestaan als fabriek sinds 1653 en dat willen we laten zien in deze expositie met tijdgenoten.

Frederik van Frytom (circa 1632-1702) en Jacob van Ruisdael (1628/29-1682) leefden en werkten in dezelfde periode als deze fabriek is opgericht. We willen niet alleen laten zien wat er artistiek in die tijd gebeurde, maar ook benadrukken dat wij als fabriek er in die tijd ook al waren, dat onderstreept ons DNA. We zijn de enige aardewerkfabriek uit die tijd die overeind is gebleven. Dat we bestaan sinds 1653 is iets dat weinig mensen zich realiseren.’

Van Frytom schilderde zijn landschappen voornamelijk op aardewerk, hoewel hij ook een aantal doeken heeft gemaakt. Hij woonde en werkte in Delft. ‘Hij was niet aangesloten bij een gilde maar kreeg toestemming om als zelfstandige thuis te werken, waarschijnlijk vanwege de hoge kwaliteit van zijn werk’, zegt Van den Berg. Van Frytom werkte samen met plateelbakkerijen, maar was niet in loondienst. Hij werkte als zelfstandige in opdracht. Bijzonder is dat Van Frytom soms zijn werk onder eigen naam signeerde, wat werknemers in plateelbakkerijen niet deden, zij gebruikten het signatuur van hun werkgever.

Van Ruisdael was een bekend schilder in het landschapsgenre. Van den Berg: ‘We combineren Van Frytom met Van Ruisdael, omdat het tijdgenoten zijn en omdat ze allebei landschappen creëerden; Van Frytom op aardewerk en op doek en Van Ruisdael op schildersdoek. Het is niet bekend of ze elkaar of elkaars werk gekend hebben.’

Vergelijkbaar landschap

De expositie toont 17e-eeuwse landschappen op doek en plateel, een bepaald soort aardewerk dat lijkt op porselein. De werelden van Van Frytom en Van Ruisdael zijn daarin onderverdeeld in drie thema’s: In het bos, Op het water en De stad in zicht. Elk thema bevat werk van beiden, zoals borden, plaquettes en schilderijen. Van den Berg: ‘De focus ligt op landschappen, die waren populair in de tijd. Daarbij hebben we gekozen voor realistisch Hollands landschap, zoals ze dat allebei gezien kunnen hebben. De werken werden destijds aangeschaft om hun esthetische waarde, niet als gebruiksvoorwerp. Daarom hebben de borden bijvoorbeeld gaatjes aan de achterkant om ze op te hangen.’

Er zijn veertig werken tentoongesteld aan de wand en in vitrines, waarvan zesentwintig werken van Van Frytom, vijf Van Ruisdaels en nog een aantal andere landschapsschilders als Vroom ter vergelijk. Het aardewerk is in het kenmerkende Delftse blauwwit, waaronder een zeldzame achtkantige plaquette. Ook draait er een film die toont hoe Van Ruisdael en Van Frytom met kobalt het pigment maakten voor het blauw dat ze nodig hadden: Van Frytom voor het beschilderen van het aardewerk en Van Ruisdael voor de weergave van de luchten boven zijn landschappen. ‘We leggen de link tussen de technieken van de kunstenaars destijds en hoe die tegenwoordig in ons laboratorium nog steeds worden toegepast’, vertelt Van den Berg.

Kunst of ambacht?

De ondertitel van de tentoonstelling is een vraag: ‘17e-eeuwse kunst of ambacht?’ Van den Berg legt uit: ‘Van Ruisdael werd gezien als kunstenaar van de hogere kunsten en Van Frytom meer als ambachtsman. Van Ruisdael is ook een bekendere naam geworden. De perceptie van hun werk is in de 19e en 20e eeuw anders, daarom zetten we dat vraagteken in de ondertitel van de expositie.’

Wat is jullie hedendaagse antwoord op die vraag? ‘Van Frytom heeft naast aardewerk ook schilderijen gemaakt, maar Van Ruisdael heeft nooit op plateel geschilderd. Als je kijkt naar hun landschappen zijn ze beiden even goed en prachtig. Voor ons is het antwoord heel duidelijk; de schilderingen op plateel zijn net zo goed als die op doek. Als je hun werk naast elkaar zet, kun je ze haast in elkaar schuiven.’ Van den Berg laat de beeldcampagne van de expositie zien waarin dit zo is geïllustreerd dat je het gevoel krijgt dat beide kunstenaars naast dezelfde boom gestaan moeten hebben.

Verzamelaars

Met zoveel werken van de relatief onbekende Van Frytom kun je dit ook zien als een overzicht van zijn kunstenaarschap. Waar komen die werken vandaan? Van den Berg: ‘We hebben bruiklenen van musea als het Rijksmuseum, Boijmans van Beuningen, Prinsenhof Delft en het Museum voor Kunst en Geschiedenis in Brussel. Van Frytom wordt over de hele wereld verzameld door particuliere verzamelaars die werk in bruikleen hebben gegeven voor deze expositie in Delft. Het is voor het eerst in vijftig jaar dat zoveel werk Van Frytom bij elkaar te zien is; de laatste keer was in 1968 in Boijmans van Beuningen. Toen verscheen ook de Van Frytom monografie van A. Vecht.’

Wat kunnen bezoekers nog meer verwachten? Van den Berg: ‘De nieuwe expositieruimte geeft veel meer mogelijkheden tot bruiklenen. En het hoeft niet altijd Delfts blauw te zijn. Hierna gaan we iets heel anders doen met de hedendaagse kunstenaar Bas Meeuws. Hij bewerkt met digitale technieken en fotografie van ons Delfts Blauw met bloemen. Het resultaat wordt gedrukt, echt schitterend is mijn verwachting.’

Van Ruisdael tot Frytom, 8 november – 15 maart 2023 museum.royaldelft.com